In de Tijd van Burgers en Stoommachines voltrok zich een industriële revolutie in Europa. Met de nieuwe stoommachines werd ongekend veel geproduceerd, verhandeld, verscheept en verdiend – door de burgerij. Arbeiders en boeren werkten onder zware omstandigheden.
De vakdocent laat zien hoe industrialisatie en de kloof tussen rijk en arm het onderwerp werden van de 19e-eeuwse kunst. En concentreert zich uiteindelijk op schilderijen ‘aan tafel’. De nieuwe rijken lieten zich graag portretteren aan hun letterlijk schitterende dis. Daartegenover schilderden kunstenaars als Vincent van Gogh liever de armelui. Zijn Aardappeleters drukt de armoe treffend uit in, zoals hij dat noemde: ‘zoowat de kleur van een goed stoffigen aardappel, …’
Beeldende opdracht
De leerlingen gaan aan de slag met het gegeven ‘rijk gedekte tafel’ versus ‘aardappeleters’. Ze leren vorm en vooral kleuren zo te kiezen dat hun schilderij – zoals bij van Emslie en Van Gogh – een rijke, danwel armoedige sfeer uitstraalt.